Blog in TTM: Ook bij de inspectiediensten is het lente
De lente. Het moment dat de natuur uit zijn winterslaap ontwaakt. De eerste bloemetjes laten zich zien, de dagen worden langer en de vogels vliegen weer af en aan om het mooiste nest te bouwen. Dit jaar lijkt de lente een nog grotere betekenis te hebben. Voor het eerst sinds maart 2020 zijn er geen coronamaatregelen meer en lijkt alles langzaam terug naar normaal te gaan. De restaurants en terrassen zitten vol. In de winkelstraten kan je soms over de hoofden lopen. Iedereen lijkt weer naar zijn werk te gaan en dat zien we terug in de drukte op de weg. Alles lijkt te zijn ontwaakt. Ook de inspectiediensten.
Toen corona de wereld steeds meer in zijn greep kreeg zag ik dat vrijwel direct terug in mijn dagelijkse praktijk. Zittingen werden uitgesteld, gingen niet door of werden digitaal gehouden. De aanvraag van juridische bijstand verschoof van proactief, naar reactief, waarbij vooral de incasso- en arbeidsrechtpraktijk floreerde. Weg- en bedrijfscontroles werden nauwelijks gehouden, omdat inspectiediensten niet meer de cabine of bedrijfsruimtes in mochten. Heel even leek de wereld stil te staan, maar al snel kwamen daar de alternatieven.
Door corona, de komst van de slimme tachograaf en de veranderingen die het mobiliteitspakket met zich mee brengt, konden nieuwe ontwikkelingen in het kader van de handhaving niet uitblijven. Kijk ik dan naar Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT), dan zet men in op verdere digitalisering van het toezicht, gecombineerd met fysieke inspecties. De minister zet daarbij vooral in op het efficiënter en effectiever inrichten van de inspecties. Dit gebeurt met name door de ontwikkeling van het digitale toezicht..
Bij een digitale inspectie vraagt de ILT over een periode van drie maanden de chauffeurs- en voertuigdata op bij een vervoersonderneming. De onderneming dient deze data digitaal via een webformulier aan te leveren en een aantal vragen te beantwoorden. De ILT analyseert de gegevens op de naleving van de rij- en rusttijden, waarna de onderneming een eindbrief ontvangt met de resultaten van de analyse. Met deze resultaten kan de onderneming zelf aan de slag gaan met het verbeteren van de bedrijfsprocessen.
De ILT kan door de digitale inspecties risico- en informatie gestuurd inspecteren. Bedrijven met een hoge risicoscore inspecteert de ILT intensiever dan bedrijven met een lage risicoscore. Ondernemingen die zich aan de regels houden, krijgen de ILT dan minder vaak op bezoek.
Weg- en bedrijfscontroles zullen dus veel gerichter plaats gaan vinden en dat begin ik inmiddels in de dagelijkse praktijk terug te zien. De bedrijven die heden ten dage aan een inspectie worden onderworpen, worden gecontroleerd omdat er aanwijzingen zijn dat er zaken niet kloppen. Dat kan vanwege eerdere resultaten van zo’n digitale inspectie. Dat kan ook omdat er meldingen zijn gedaan, eerdere overtredingen zijn vastgesteld of omdat andere inspectiediensten onregelmatigheden hebben gecontroleerd.
In zo’n geval zie ik steeds vaker dat inspectiediensten gezamenlijk optrekken. Het intensiever samenwerken tussen inspectiediensten moet zorgen voor een betere handhaving, minder administratieve lasten en ook minder hinder voor de onder toezicht gestelde. In de sector transport en logistiek werkt de ILT bijvoorbeeld veel samen met inspectiediensten als de Nederlandse Arbeidsinspectie (NAI), de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), Douane en de politie.
Steeds vaker wordt dan de hele keten onder de loep genomen. Daarbij onderzoeken de inspectiediensten niet alleen de onder toezicht staande, maar ook andere bedrijven in de keten, zoals opdrachtgevers, charters en leveranciers. In deze zogenaamde ‘ketenonderzoeken’, spitst de handhaving zich voornamelijk toe op zaken als naleving van de rij- en rusttijdenwetgeving, schijn werkgeverschap, werknemers beloning en de inzet van vreemdelingen.
En dat is niet voor niets. In tijden van krapte op de arbeidsmarkt, zoals nu, is de kans op onregelmatigheden bij de inzet van chauffeurs nu eenmaal groter. Bewust of onbewust, het oerwoud van wet- en regelgeving omtrent de inzet van chauffeurs maakt dat de inspectiediensten hun handen soms vol hebben aan transportbedrijven die deze regelgeving niet correct naleven. Of dat nou is vanwege de incorrecte inzet van zzp-ers, het niet voldoen aan de Wet Minimumloon of de inzet van chauffeurs van buiten de EU; de ILT en de NAI schromen niet om bij geconstateerde overtredingen forse boetes op te leggen. Naast de nodige financiële risico’s, kleeft daar natuurlijk ook de vrees voor reputatieschade aan. Niemand zit er tenslotte op te wachten om op de voorpagina van de lokale krant te prijken met berichten over onderbetaling en illegaal tewerkgestelde chauffeurs. ‘That’s bad for business’.
Deze manier van steeds intensiever wordende controles leidt er toe dat de focus aan het verschuiven is van de reactieve kant, naar de proactieve kant. Gelukkig innoveert de markt met deze inspectieontwikkeling mee en zien wij steeds meer diensten en tools die transportondernemingen kunnen helpen met het inventariseren, evalueren een aanpakken van deze risico’s. ‘Compliancy is key’.